Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Uw gerechtigheid is als de bergen [7]Gods; Uw oordelen zijn een grote [8]afgrond; HEERE! Gij behoudt [9]mensen en beesten. 7. Dat is, gelijk de allergrootste en allerhoogste bergen. Zie van deze manier van spreken Gen.13:10. De zin is dat Gods gerechtigheid zich alom vertoont, bestendig en vast is, ook ons begrip verre teboven gaande. Zie vs.11. 8. Dat is, uw raad en regering, of wijze van doen, die Gij houdt zo in de uitverkorenen en verworpenen, is ondoorgrondelijk. Zie Rom.11:33. 9. Hebr. mens en beest. Zie Matth.5:45; 1 Tim.4:10, en Job 39:1, enz., hfdst.147 vs.9.